Geld lenen Geld uitgeven Hypotheken

80% woningzoekers wordt gedwongen zoekcriteria aan te passen

Vandaag wordt op Prinsjesdag bekendgemaakt dat de regering eenmalig één miljard euro wil vrijmaken voor de snellere bouw van woningen. Dit is positief, vindt De Hypotheker. Echter is zij van mening dat dit niet genoeg is om de doorstroming op de huizenmarkt echt te bevorderen. 8 op de 10 woningzoekenden zien zich door de krapte op de woningmarkt gedwongen concessies te doen aan hun woonwensen, blijkt uit onderzoek van De Hypotheker. Om deze impasse te doorbreken, denkt De Hypotheker bijvoorbeeld aan een zelfbewoningsplicht voor beleggers. Een grote meerderheid (67 procent) van de 1.100 starters en doorstromers die in het onderzoek zijn ondervraagd, deelt dezelfde mening. Daarnaast vraagt de helft van de ondervraagden om aanvullende maatregelen, zoals het ombouwen van kantoren naar woningen en het vergroten van het woningaanbod voor ouderen.

De woningmarkt is al enige tijd oververhit. Betaalbare huurwoningen zijn niet beschikbaar, de hypotheekrentes dalen nog steeds en er is een groot tekort aan betaalbare koopwoningen. “Mensen die zich oriënteren op een koopwoning hebben het al jarenlang moeilijk op de huizenmarkt”, zegt Michel van den Akker, directievoorzitter van De Hypotheker. ”Zo worden vooral starters zwaar getroffen door de hoge en extreem snel gestegen huizenprijzen, in combinatie met wetgeving die ongunstig voor hen uitpakt. Uit ons onderzoek blijkt namelijk dat de helft van de oriënteerders verwacht dat het afschaffen van de overdrachtsbelasting juist een opwaarts effect op de huizenprijzen zal hebben. ”Hoewel doorstromers een betere uitgangspositie hebben, worden óók zij geconfronteerd met een huizenmarkt die op slot zit. ”Het vrijmaken van één miljard euro om de woningvoorraad te vergroten is een stap in de goede richting op lange termijn. Echter lost bouwen het tekort op korte termijn niet voldoende op om de crisis op de woningmarkt te doorbreken. Zo zijn extra maatregelen nodig om de doorstroming op de huizenmarkt te bevorderen zoals de zelfbewoningsplicht voor beleggers. Een grote meerderheid is hier ook voorstander van, blijkt uit ons onderzoek.”

Huizenkopers ronduit somber over hun vooruitzichten op huizenmarkt

Driekwart van de huizenkopers verwacht dat het woningtekort nog verder zal toenemen. Daarnaast denkt 68 procent dat de stijgende huizenprijzen hun piek voorlopig nog niet te hebben bereikt. Een grote meerderheid is het er over eens dat structurele maatregelen cruciaal zijn om een doorbraak te forceren. Zo stelt 65 procent dat er op korte termijn meer betaalbare woningen moeten worden bijgebouwd. Bijna de helft (48 procent) geeft aan dat er meer woonvormen voor ouderen moeten komen om de doorstroming op de huizenmarkt te stimuleren. Ook dient de overheid naar andere mogelijkheden te kijken, zoals het ombouwen van leegstaande kantoren naar woningen (51 procent).

Ideale woning voor oriënteerders nagenoeg onvindbaar

Veel huizenkopers lopen tijdens hun zoektocht naar een nieuwe of volgende woning tegen veel obstakels op. Zo zegt meer dan de helft (55 procent) dat er veel te weinig betaalbare woningen worden aangeboden. Ruim een derde is al langer dan een half jaar op zoek, maar lukt het niet een geschikte koopwoning te vinden. Van de huidige huurders en huizenbezitters wil 65 procent het liefst verhuizen naar een (volgende) koopwoning, blijkt uit het onderzoek. Voor een grote meerderheid van de starters en doorstromers (80 procent) geldt echter dat zij zich gedwongen voelen om hun zoekcriteria aan te passen. Zo zijn ze bereid langer te wachten met de aankoop van een woning (68 procent) of concessies te doen aan hun woonwensen, zoals de indeling (64 procent), het uiterlijk (46 procent), de omvang (45 procent) en/of de locatie van de woning (35 procent). Hieruit blijkt dat voor het overgrote deel van de oriënteerders hun ideale koopwoning niet te vinden is.

Helft huizenkopers biedt ver boven vraagprijs

Ook de prijsklasse waarin de meeste mensen zoeken biedt hen weinig mogelijkheden. Zo zoekt het merendeel (62 procent) naar een woning tot 300.000 euro (62 procent). Voor een derde van de huizenkopers mag een woning zelfs maximaal 250.000 euro kosten, terwijl de gemiddelde huizenprijs meer dan 400.000 euro bedraagt. Dit komt onder meer, doordat huizenkopers ver boven de vraagprijs bieden om hun kansen op een woning te vergroten. Zo voelt de helft (49 procent) zich gedwongen om te overbieden en is 1 op de 10 oriënteerders zelfs bereid om maximaal 50.000 euro boven de vraagprijs te bieden. 90 procent geeft dan ook aan extra financiële middelen in te brengen om een woning te kunnen kopen, zoals spaargeld (49 procent), door de overwaarde van de bestaande woning te benutten (44 procent) of door een schenking van hun ouders (13 procent).